'Uitgelicht'
Op deze pagina heb ik de 16 versjes uit het boekje Sint Nicolas en zijn knecht uit 1850 uitgelicht. Kleur zwart zijn de oude elementen en kleur rood zijn de nieuwe / 'pedagogische' elementen. Door op een 'oud' kenmerk te klikken kom je gelijk op de site van www.sintzwartepiet.nl of www.sintenpietengilde.nl terecht. Daar kom je meer te weten over het kenmerk doormiddel van oude bronnen. Klik je op rood kom je op de pagina terecht waar je dan meer leest over de nieuwe / pedagogische elementen en wat groen is, heb ik zelf verder uitgelicht!
Aankomst van Sint Nikolaas
Plegtige intogt van Sint Nikolaas
Daar rijdt hij de stad door,
Op 't prachigst gekleed;
Zijn knecht draagt de geldkist
O, zie hoe hij zweet
Het regent er bloemen,
Elk jubelt en juicht,
Terwijl zich Sint Niklaas
Op 't vriendelijkst buigt.
één echter verschuilt zich,
En tracht hem ontvlién,
't Is willem, een domoor,
Maar 't wordt ras gezien
St. Nikolaas bij den banketbakker
St. Nikolaas in den boekwinkel
Wel hoe! kwam Sint Niklaas
Zoo waar nu weér hier
Om boekjes te koopen? -
Dat doet mij plezier;
Want zie, dat 's nog beter
Dan koek of banket;
Geeft jaren lang pret.
O, vond ik er morgen
Maar een in mijn schoen!
St. Nikolaas op den schoorsteen
O, zie eens naar boven!
Maar schrik er niet van.
Wat ziet ge op dien schoorsteen?
Een paard en een' man!
Ja zeker, hij is het!
Zijn knecht staat erbij;
Hij gluurt naar beneden,
Misschien wel naar mij!
Ik groet u, Sint Niklaas!
Houd vrij mij in 't oog,
Graag kwam ik eens bij u,
Maar 't dak is zo hoog.
St. Nikolaas luistert aan de deur
Wie gluurt daar door 't reetje?
de Deur is niet digt!
't Is Niklaas, die luistert
Wat ieder verrigt.
Wie traag is in 't leeren,
Of stout is of boos,
Sint Niklaas hoort alles<
Hij luistert altoos!
Hem kan men niet foppen,
Geloof mij opregt,
Wat hij niet gezien heeft,
Vertelt hem zijn knecht.
St. Nikolaas houdt boek
Sint Niklaas, de Bisschop,
Schrijft hier in zijn boek,
Al wat hij heeft gehoord heeft
Bij 't jaarlijksch bezoek.
Wie zoet was of stout was,
hij voegt het er bij;
Wat zou hij wel schrijven
Van u en van mij?--
O, vraag het zijn knecht maar eens,
Die maakt toch dit jaar,
Voor al, Wie stout was,
De zakjes weér klaar.
St. Nikolaas op strooiavond
Het leeft in den schoorsteen,
Hoor, hoor dat geraas!
Hoe rollen hier app'len,
't Is vast Sint Niklaas!
Maar neen... 't Is zijn knechtje,
Want ginds staat de Bisschop,
Voor de opene deur.
Zie, zie, hoe hij gooit!
hoe harder wij zingen,
Hoe ruimer hij strooit.
St. Nikolaas in de school
,,wel meester! hoe gaat het
,,Met Mina en Koo?"
,, ,, Ja waarde Sint Nikolaas!
,, ,, Dat is maar, zóó, zóó!""
,,Verdienen ze een prijsje
,,Of zijn zij 't niet waard?"
,, ,, Zij zijn als al de and'ren,
,, ,, Wat vrolijk van aard."
,,Welnu dan, wie stil is
,,En vlijtig hier leert,
,,Ziet, als ik terug kom,
,,Een prijs zich vereerd."
St. Nikolaas in de kinderkamer
St. Nikolaas bij Grootmama
Wel Grootma, wel Grootma!
Kijk, dat vind ik mooi!
En dat voor wat hooi!
Hoe klein mijn schoentje,
wel Grootma, wel grootma!
O geef mij een zoen!
Ik breng, na een jaartje,
Op nieuw u mijn schoen.
Bij een rijk kind
Sint Niklaas! kom binnen,
'wat moois brengt gij mee?
Graag had ik een boekje!...
'ik schenk er twee.
'Het een zal u leeren,
'Dat Godsvrucht en deugd
'Meer waard zijn dan schatten,
'De bron zijn van vreugd.
St. Nikolaas bij een' snoeper
De trommel is vol nog!
Geen mensch, die mij ziet;
Dus spoedig een koekje,
Dat mist men toch niet.
Help! Hemel, wat is dat,
Wie grijpt mij bij 't oor?
O wee! 't is Sint Niklaas,
Hoe raak ik er door!
Ach, Bisschop van Spanje!
Ach, laat mij maar gaan,
'k Zal nooit aan den trommel
Mijn handen weér slaan.
Wel is het Sint Niklaas,
Maar ach! niet voor mij!
Vast gaat hij ons hutje
Stilzwijgend voorbij!
O, mogt hij er komen,
Dan kreeg ik toch iets!
Elk krijgt wat van avond,
Maar ik, helaas niets!
'k Ben arm! ... maar wat zie ik?
Een pop van taai taai!
O foei! -- en ik morde!
Neen, dat was niet fraai!
Ei, ei, die Sint Niklaas
Is lang na niet mak!
Daar stopt hij twee knaapjes
Pardoes in zijn zak.
't Is loon vast naar werken,
En rijklijk verdiend.
Jij straft niet graag kinderen,
Maar is hun vriend.
O Bisschop! vergeef hun
Deez' enkelen keer,
Schenk, schenk hun genade,
Zij doen het nooit weêr!
Sint Niklaas vertrekt weêr!
Gebruik slechts uw oog,
Daar stijgt hij op 't paardje
per luchtballon omhoog.
Zijn knecht zit in 't schuitje,
Maar rilt als een blad;
'k wed dat hij veel liever
In 't Stoomschip weer zat!
De Bisschop lacht hartlijk,
En vreest geen gevaar;
Maar groet nog zijn vriendjes,
Tot 't volgende jaar.