1850 - Zie ginds komt de stoomboot
Het lied 'Zie ginds komt de stoomboot' is het eerste lied uit het boekje 'St. Nikolaas en zijn knecht' van Jan Schenkman, Amsterdam 1850.
In 1912 plakte Johan de Veer het versje 'Aankomst St. Nicolaas' van Jan Schenkmans 'St. Nicolaas en zijn knecht' uit 1850 regels op een Duits volkslied (im märzen der bauer) en zo ontstond het Stoombootlied dat elke Nederlander kent.
Er zijn kleine, maar opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke tekst van Jan Schenkman en de hier gegeven tekst bij Johan de Veer. bijvoorbeeld Schenkman: 'Wie zoet is krijgt lekkers wie stout was een roe.' We gaan ervan uit dat je meestal zoet bent. Maar bij Johan de Veer: Wie zoet was krijgt lekkers, wie stout is een roe.'
1850 - Aankomst Sint Nicolaas
Bron: www.hetoudekinderboek.nl
Duits volkslied - Im märzen der bauer
Mozart en Sinterklaas
Wat hebben Sinterklaas en de componist Mozart gemeen? Niet veel, zou je zo op het eerste gezicht zeggen, maar bij het beluisteren van Mozarts Haffner Serenade zie en hoor je in gedachten de stoomboot al aankomen. De melodie van “ Zie ginds komt de stoomboot” duikt in deze compositie steeds herkenbaar op, maar dan in een mineur. Mozart schreef dit op zijn 14de.
Diverse uitvoeringen
Het lied 'Zie ginds komt de stoomboot' daar zijn er vele uitvoeringen van. De meeste coupletten - regels die anders zijn, komen ook uit het boekje 'St. Nicolaas en zijn knecht' van Jan Schenkman.
Ca. 1910 - St. Nicolaas op den schoorsteen - Op strooiavond
Tweede couplet - St. Nikolaas op den schoorsteen.
Derde couplet - St. Nikolaas op strooiavond.
Het grote boek
In het derde couplet komen de 'groene' regels uit het versje:
Het grote boek
Sint Nicolaas de bisschop
Schrijft op in zijn boek,
Al wat hij gehoord heeft
Bij 't jaarlijks bezoek.
Wie zoet was, wie stout was,
Hij schrijft het er bij;
Wat zou hij wel schrijven
Van jou en van mij?
O, vraag het zijn knecht eens,
Die maakt toch dit jaar,
Voor al, wie niet stout was,
De zakjes weer klaar.
Plechtige intocht van St. Nicolaas - Het grote boek
De (groene) regels uit het tweede couplet, komen uit het versje:
Plechtige intocht van St. Nicolaas
Daar rijdt hij de stad door,
Op 't prachigst gekleed;
Zijn knecht draagt de geldkist
O, zie hoe hij zweet.
Het regent er bloemen,
Elk jubelt en juicht,
Terwijl zich Sint Niklaas
Op 't vriendelijkst buigt.
Één echter verschuilt zich,
En terecht hem te ontvlién,
't Is Willem, een domoor,
Maar 't wordt ras gezien.
(In het lied is de geldkist vervangen door speelgoed)
Derde couplet - Het grote boek
St. Nicolaas op strooiavond
In het derde couplet komen de 'groene' regels uit het versje:
St. Nicolaas op strooiavond
Het leeft in de schoorsteen,
O hoor, dat geraas!
Hoe rollen hier d' appelen,
't Is vast Sinterklaas.
Maar nee, 't is zijn knechtje,
Dat zwart is van kleur
Want daar staat de Bisschop
Voor d' opene deur.
Zing spoedig een liedje
Zie, zie, hoe gooit!
Hoe harder wij zingen,
Hoe ruimer hij strooit.
Jaren 60 - In de kinderkamer
In het derde couplet, komen de 'groene' regels uit het versje:
In de kinderkamer
Een tafel vol speelgoed!
Wie had dat verwacht?
Nog nooit heeft Sint Niklaas,
Zóó ruim ons bedacht.
Een zak chocolaadjes !
Een mand vol banket!
Vier boeken met prentjes,
Zóó keurig en net.
En dan nog voor ieder
Een letter er bij.
O, was ieder kind zoo
Gelukkig als wij.
In de kinderkamer
In het derde couplet, komen de 'groene' regels uit het versje:
In de kinderkamer
Een tafel vol speelgoed!
Wie had dat verwacht?
Nog nooit heeft Sint Niklaas,
Zóó ruim ons bedacht.
Een zak chocolaadjes !
Een mand vol banket!
Vier boeken met prentjes,
Zóó keurig en net.
En dan nog voor ieder
Een letter er bij.
O, was ieder kind zoo
Gelukkig als wij.
Bij een snoeper
Van de laatste twee (groene) regels uit het tweede couplet, komen uit het versje - Bij een snoeper. Alleen in het lied is de tekst iets anders: Och lieve Sint Niklaas, laat mij toch maar gaan. 'k zal nooit meer de hand aan de koektrommel slaan.
Bij een snoeper
De trommel is vol nog!
Geen mensch, die mij ziet;
Dus spoedig een koekje,
Dat mist men toch niet,
Help! Hemel, wat is dat,
Wie grijpt mij bij 't oor?
O wee! 't is Sint Niklaas,
Hoe raak ik er door!
Ach, Bisschop van Spanje!
Ach, laat mij maar gaan,
'k Zal nooit aan den trommel
Mijn handen weer slaan.
1927 - 9 Coupletten - Zie ginds komt de stoomboot
Bron uit het boekje - St. Nicolaasliedjes, bijeengebracht door R.A. van Pelt en J.H. Boon (1927)
De 9 coupletten komen uit de het boekje van Jan schenkman - St. Nikolaas en zijn knecht. De regels uit de coupletten komen uit de volgende versjes.
Couplet 1 - Aankomst van St. Nikolaas
Couplet 2 - Plegtige intogt van Sint Nikolaas
Couplet 3 - St. Nikolaas bij den Banketbakker
Couplet 4 - St. Nikolaas op den schoorsteen
Couplet 5 - St. Nikolaas op strooiavond
Couplet 6 - St. Nikolaas in de kinderkamer
Couplet 7 - St. Nikolaas in de school
Couplet 8 - St. Nikolaas bij stoute kinderen
Couplet 9 - St. Nikolaas vertrekt
Jaren 50 - Plechtige intocht - St. Nicolaas op den schoorsteen
In het tweede couplet komen de eerste twee regels uit het versje: Plechtige intocht van St. Nikolaas. En in het derde couplet komen de eerste twee regels uit het versje: St. Nikolaas op den schoorsteen.